Rozemarijn van Bruchem-Visser maakt het regelmatig mee. Vooral vrouwen met een Turkse of Marokkaanse achtergrond vragen al vrij vlot in een patiëntgesprek of ze kinderen heeft. ‘Dan zou je je als arts kunnen afvragen wat de meerwaarde is van zo’n vrij persoonlijke vraag’ zegt Van Bruchem-Visser. ‘Maar als ik dan antwoord: “Ja, ik heb er vier.” En ik zie dat de ogen van die vrouw beginnen te stralen en ze vervolgens zegt “En ik heb er vijf!” Dan is die meerwaarde vrij duidelijk omdat je met zo’n gesprek het begin van een band opbouwt.’
Basis van vertrouwen
Van Bruchem- Visser noemt dit voorbeeld omdat ze vaker merkt dat voor, met name oudere patiënten met een migratie-achtergrond, een meer persoonlijke band met de arts belangrijk is voor het contact. Terwijl veel patiënten met een Nederlandse achtergrond voornamelijk komen voor de transactie: consult-behandeling. ‘Dan moet je dus iets van jezelf geven bij deze doelgroep en investeren in menselijk contact’ licht ze toe. ‘Dan heb je in elk geval een zekere basis van vertrouwen die verder kan groeien.’
Project levenseinde
Van Bruchem-Visser is internist ouderengeneeskunde en ethicus in het Erasmus MC. Ze verdiept zich al jaren in de vraag hoe zorgverleners beter kunnen aansluiten bij mensen met een migratie-achtergrond. Ze zette onder meer een aantal jaar geleden een groot project op over levensbeschouwelijke en specifieke wensen rondom het levenseinde met respect voor cultuur. Dit project wordt nu ook in de regio geïmplementeerd.
Irritaties
Want met name in de laatste levensfase gaat het nogal eens mis op dit vlak. Bijvoorbeeld omdat mensen met een migratie-achtergrond vaker tot het uiterste door willen gaan met behandelen tegen de zin van de artsen in. En dat kan leiden tot irritaties en onbegrip waardoor arts en patiënt tegenover elkaar komen te staan, weet Van Bruchem-Visser, die vaker als intermediair optreedt in geëscaleerde situaties op dit vlak. ‘Als je als arts en patiënt weer naast elkaar wilt komen te staan dan vereist dat dat je de patiënt en zijn familie niet als dwarsliggers ziet maar oprechte interesse hebt voor hun kant van het verhaal.’
Onmogelijke positie
Check eerst of je wel op hetzelfde startpunt staat, is het advies van Van Bruchem-Visser. Weet de patiënt en de familie bijvoorbeeld dat ze geen zinloos medische behandelingen mogen eisen? ‘Maar snap jij als arts dat het voor veel mensen uit deze doelgroep een plicht is om goed voor je ouders te zorgen?’ vervolgt ze. ‘En dat je dat dus niet doet als je tegen de dokter zegt dat het OK is om te stoppen met behandelen? Als je dan als arts bijvoorbeeld uitgaat van shared decision making, zet je mensen in een onmogelijke positie en is een conflict zo geboren.’
Wat Van Bruchem-Visser vaker in dit soort situaties tegen mensen zegt, is of ze ermee zouden kunnen leven als zij de behandeling stopt. ‘En dan krijg ik in vele gevallen als antwoord dat ze dat ook heel moeilijk vinden maar dat ze daar wel mee zouden kunnen leven. Want dan is het niet meer hun schuld en verantwoordelijkheid.’
Geen euthanasie
Verder is het, zeker als het gaat om mensen met een migratie-achtergrond, goed om bepaalde zaken heel expliciet te benoemen, volgens Van Bruchem-Visser. ‘Zoals bijvoorbeeld: “Uw moeder krijgt nooit euthanasie. Dat is echt uitgesloten.” Voor veel mensen met een migratie-achtergrond, is dat echt geen optie’ verduidelijkt ze. ‘En zij denken vaak, net als vele anderen overigens, dat palliatieve sedatie hetzelfde is als euthanasie. Als jij er dan als arts vanuit gaat dat die ander dat wel weet, heb je een heel ander gesprek.’
Dementiescreening
Van Bruchem-Visser is verder binnen het Alzheimer-centrum van het ziekenhuis trekker van de migrantenpoli. Die poli werd onder meer opgezet omdat de testen die gebruikt worden voor dementiescreening erg gericht zijn op de Nederlandse situatie. Ouderen met een migratie-achterstand werden daarmee op een achterstand gezet. ‘Het hele concept van een test doen, is bijvoorbeeld al lastig als je niet naar school bent geweest of maar weinig onderwijs hebt gehad zoals een groot deel migranten’ zegt Van Bruchem-Visser. ‘Veel testen schrijven voor dat je op een bepaalde manier schrijft of tekent. Als je niet weet hoe je een potlood moet vasthouden, sta je al met 10- 0 achter.’
Van Bruchem- Visser zal op het congres Cultuursensitieve Zorg in juni dieper ingaan op behandelbeslissingen en ethische dilemma’s rondom dit thema. Tijdens de presentatie zal er veel ruimte zijn om situaties te bespreken waar deelnemers tegenaan lopen.