Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Polysomnografie – slaaponderzoek

fediverbeek
Lees alles over polysomnografie (PSG), een nachtelijk slaaponderzoek dat essentiële gegevens verzamelt over ademhaling, hartslag en slaapkwaliteit. Ontdek hoe dit onderzoek u kan helpen om complexe slaapproblemen te diagnosticeren.

Wat is polysomnografie?

Polysomnografie (PSG) is een uitgebreid slaaponderzoek dat ’s nachts wordt uitgevoerd om inzicht te krijgen in verschillende aspecten van slaap en ademhaling. Dit onderzoek is met name nuttig bij de diagnose van complexe ademhalingsstoornissen, zoals obstructief slaapapneu syndroom (OSAS) en centraal slaapapneu syndroom (CSAS), maar ook bij andere slaapproblemen. Tijdens dit onderzoek worden meerdere lichaamsfuncties gemonitord, waardoor een compleet beeld van uw slaapkwaliteit en mogelijke verstoringen ontstaat.

 

Polysomnografie als diagnostisch hulpmiddel

Polysomnografie (PSG) is een uitgebreid slaaponderzoek dat wordt ingezet bij patiënten met vermoedelijke complexe slaapproblemen. Als huisarts kunt u dit onderzoek overwegen bij patiënten met klachten zoals ernstige vermoeidheid, snurken, of andere symptomen die wijzen op slaapgerelateerde ademhalingsstoornissen, zoals obstructief slaapapneu syndroom (OSAS) of centraal slaapapneu syndroom (CSAS). Dit artikel biedt u inzicht in wanneer een PSG relevant kan zijn, hoe u patiënten hierop voorbereidt en naar wie u kunt doorverwijzen.

 

Indicaties voor polysomnografie

Wanneer polysomnografie overwegen?

Polysomnografie is aangewezen bij patiënten die tijdens de anamnese klachten rapporteren zoals:

  • Overmatige slaperigheid overdag, ondanks voldoende nachtrust.
  • Luid snurken, met of zonder pauzes in de ademhaling.
  • Frequent ontwaken ’s nachts, gepaard met ademhalingsproblemen.
  • Moeite met concentratie en geheugenproblemen, mogelijk gerelateerd aan slechte slaapkwaliteit.
  • Ongecontroleerde bewegingen van de ledematen tijdens de slaap (zoals bij rusteloze benen syndroom).

Bij patiënten met risicofactoren zoals obesitas, hypertensie of een familiegeschiedenis van slaapapneu, kan polysomnografie ook een nuttige aanvulling zijn op de klinische beoordeling. Daarnaast kan het nuttig zijn bij patiënten met therapieresistente hypertensie, omdat onbehandelde slaapapneu hieraan kan bijdragen.

 

Anamnese en voorbereiding

Een gedetailleerde anamnese is cruciaal om de indicatie voor polysomnografie vast te stellen. Vraag gericht naar:

  • Slaappatroon: Hoeveel uur slaapt de patiënt, en zijn er afwijkende slaapschema’s?
  • Symptomen van slaapstoornissen: Snurken, verstikking, wakker worden met ademnood.
  • Leefstijl: Alcoholgebruik, roken, medicatie, en stressniveaus.
  • Comorbiditeiten: Bijvoorbeeld cardiovasculaire aandoeningen, obesitas, of diabetes.

Op basis van de anamnese kunt u beslissen of polysomnografie noodzakelijk is en of aanvullende diagnostiek (bijvoorbeeld een STOP-Bang vragenlijst of Epworth Sleepiness Scale) nodig is.

 

Waarom polysomnografie nuttig is

Polysomnografie biedt uitgebreide informatie over hoe het lichaam functioneert tijdens de slaap. Dit kan essentieel zijn voor het stellen van een diagnose en het bepalen van een passende behandeling. Hoewel de resultaten soms direct een diagnose kunnen opleveren, is aanvullend onderzoek soms nodig om een compleet beeld te krijgen. Het doel is om slaapproblemen te identificeren die het dagelijkse leven beïnvloeden.

 

Registratie tijdens de slaap

Tijdens de nacht registreert het opnamekastje diverse lichaamsfuncties, zoals:

  • Hersenactiviteit: Elektroden op het hoofd meten de hersenactiviteit, zodat onderscheid gemaakt kan worden tussen waaktoestand en verschillende slaapstadia.
  • Ademhaling: Een sensor bij de mond en neus meet de luchtstroom en luchtdruk, terwijl rekstroken op uw borst en buik de ademhalingsbewegingen vastleggen.
  • Hartslag en zuurstofgehalte: Plakkers op de borst en een sensor aan de vingertop meten respectievelijk de hartslag en de zuurstofspanning in het bloed.
  • Bewegingen: Bewegingen van kaak-, arm-, en beenspieren worden geregistreerd door elektroden, en een bewegingssensor volgt de slaaphouding.

 

Doorverwijzing en diagnostisch traject

Naar wie verwijzen?

Voor de uitvoering van een polysomnografie kunt u patiënten doorverwijzen naar een gespecialiseerd slaapcentrum of een afdeling longgeneeskunde binnen het ziekenhuis. In complexe gevallen, waarbij neurologische of cardiologische problemen worden vermoed, kan een doorverwijzing naar respectievelijk een neuroloog of cardioloog aangewezen zijn. Het Zaans Medisch Centrum, bijvoorbeeld, beschikt over een Slaap Waak Expertisecentrum waar uitgebreide slaaponderzoeken kunnen worden uitgevoerd.

 

Resultaten interpreteren en behandelopties

Na de polysomnografie ontvangt u een gedetailleerd rapport met daarin gegevens over slaapstadia, ademhaling, zuurstofsaturatie en eventuele bewegingsstoornissen. Aan de hand van deze resultaten kunt u samen met de specialist een diagnose stellen. Bij bevestigde slaapapneu zijn behandelingsopties zoals CPAP (Continuous Positive Airway Pressure), aanpassing van slaapgewoonten, en in sommige gevallen, chirurgie beschikbaar.

 

Veelgestelde vragen

1. Welke aanvullende onderzoeken zijn nuttig naast polysomnografie?

Naast PSG kunt u denken aan aanvullende diagnostische tools zoals een thuis slaapapneu test (HSAT) voor minder complexe gevallen, of een uitgebreide bloedanalyse om mogelijke secundaire oorzaken van slaapstoornissen uit te sluiten.

2. Wat is de rol van leefstijladviezen bij slaapgerelateerde problemen?

Leefstijladviezen spelen een cruciale rol bij de behandeling van slaapstoornissen. Aanpassingen zoals gewichtsverlies, vermindering van alcoholinname, en het stoppen met roken kunnen aanzienlijk bijdragen aan de vermindering van apneuklachten. Deze adviezen zijn vaak de eerste stap, voordat wordt overgegaan op meer invasieve behandelingen.

3. Hoe vaak moet een patiënt met slaapapneu worden gevolgd na de start van CPAP-therapie?

Patiënten die starten met CPAP-therapie moeten binnen enkele weken worden geëvalueerd om de therapietrouw en effectiviteit te controleren. Daarna kan een halfjaarlijkse of jaarlijkse follow-up voldoende zijn, afhankelijk van de ernst van de symptomen en de consistentie van het gebruik.