Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Huisarts Marieke Ausems: ‘We schakelen het sociaal domein te weinig in bij palliatieve zorg’

Sigrid Starremans
De zorg voor ongeneeslijk zieke patiënten in de regio verbeteren. Dat was het doel van Marieke Ausems, huisarts en kaderarts palliatieve zorg. Samen met Agora en Movisie startte ze proeftuin Maarssen, een project waarin zorgverleners uit het medisch en sociaal domein elkaar leren kennen en meer samenwerken.

Marieke Ausems werkt al ruim twintig jaar als huisarts in Tienhoven, een dorp bij Maarssen. Toch bleek dat ze zo’n zestig procent van de overige zorgverleners en hulpverleners uit het sociaal domein in de regio niet kende. Tijdens de proeftuin Maarssen maakten ze kennis met elkaar. En dat merkt ze nu beslist in haar werk. ‘Je kent de mensen persoonlijk. Ik kan nu veel gerichter verwijzen omdat je weet wat iedereen aan diensten kan leveren.’

Beter samenwerken

Ausems is een van de initiatiefnemers van de proeftuin Maarssen. Ze werkt ook als kaderarts palliatieve zorg in het Sint Antoniusziekenhuis in Utrecht. Al langere tijd wilde ze de zorg voor ongeneeslijk zieke patiënten verder verbeteren. ‘Wat ik bijvoorbeeld veel zie, is dat patiënten in een behandeltraject belanden waarvoor ze niet gekozen zouden hebben als ze betere voorlichting hadden gekregen. Het is dus belangrijk om goed in gesprek te gaan over de behandelwensen en grenzen van patiënten. De huisarts, en ook de behandelaren in het ziekenhuis, zouden beter moeten samenwerken op dit vlak.’

Vier dimensies

Op LinkedIn stuitte Ausems op Agora die samen met Movisie het project wilde oppakken. Het doel van het project werd enigszins bijgesteld naar het beter ondersteunen van de patiëntengroep door meer lokale samenwerking tussen professionals uit de zorg en het sociaal domein. Ausems: ‘Palliatieve zorg richt zich op vier dimensies: lichamelijk, psychisch, sociaal en zingeving. Daarvoor heb je ook het sociaal domein nodig. Als huisarts kun je wel praten met een patiënt die zich eenzaam voelt maar wellicht kan een maatjesproject meer betekenen. En wat heeft een stichting als Thuis Sterven te bieden? Wellicht wordt de pijn van de patiënt ook minder als je beter inspeelt op wensen en behoeften op een geheel ander vlak.’

Veel werkvormen

Agora maakte een inventarisatie van de partijen die bij elkaar gebracht konden worden en organiseerden en begeleiden de bijenkomsten. Zorg- en welzijnsprofessionals, maar ook beleidsmakers en bestuurders, waren daarbij aanwezig. Ausems vond de voortgang van het proces aanvankelijk wat traag gaan. Maar uiteindelijk zag ze daar wel de meerwaarde van in. ‘Er werden veel verschillende werkvormen gehanteerd. Zo werd er een papier als symbool voor de patiënt in het midden gelegd en gevraagd hoe dicht of ver je van hem af staat. Op die manier zag je de verbindingen tussen de organisaties en werd duidelijk wat iedereen te bieden had.’

Overleg thuiszorg

De proeftuin duurde een jaar en werd in september afgerond. Ausems: ‘Er is een sociale kaart gemaakt. Aan het overleg met de thuiszorg (PaTz) neemt nu ook een afgevaardigde van het sociaal domein deel. En er is ook een bundel van wijsheden gemaakt, met allerlei hulpmiddelen als handige sites en boeken voor zorgverleners en patiënten.’ Ausems raadt huisartsen die ook een dergelijk project willen opstarten aan om contact op te nemen met Agora ‘Maar ze mogen ons ook benaderen voor meer informatie.’

Contact: Ausems.MJE@outlook.com