Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Zonder tolk blijft de echte diagnose vaak onbesproken

fediverbeek
Welke vormen van taalondersteuning kun je wanneer inzetten om goede zorg te bieden aan patiënten die niet goed Nederlands spreken? Op het congres Cultuursensitieve zorg geven Simone Goosen en Yordi Lassooy-Tekle in een workshop praktische tips en adviezen. ‘Wat huisartsen en praktijkondersteuners vaak niet weten, is dat ze kosteloos en snel een tolk kunnen inschakelen.’

Het onderwerp ligt Simone Goosen, van oorsprong epidemioloog en leider van de campagne Tolken terug in de zorg, alstublieft, nauw aan het hart. Sinds 2001 zet ze zich specifiek in voor zorg en gezondheid voor mensen met een vlucht- of migratieachtergrond. Naast de campagne leidt ze ook een werkgroep die een nieuwe professionele richtlijn ontwikkelt over het omgaan met taalbarrières.

 

Financiering eerste lijn

Goosen vindt het erg belangrijk dat iedereen in Nederland goede zorg krijgt en dat zorgverleners de mogelijkheid hebben om al hun patiënten goede zorg te bieden. Eén van de cruciale randvoorwaarden daarvoor is dat zorgverleners, wanneer nodig, een tolk kunnen inschakelen. ‘In 2012 schafte het ministerie van VWS de tolkentelefoon af. Maar we hebben het tij gelukkig kunnen keren. Het ministerie werkt nu onder andere aan de financiering van tolken voor de gehele eerste lijn.’

 

Inzet tolk betaalt zich terug

Zorgverleners realiseren zich niet altijd hoe belangrijk het is om een taalbarrière te overbruggen. Als zorgverlener en patiënt dezelfde taal niet spreken, heeft dat gevolgen voor onder andere het stellen van de diagnose, de therapietrouw en de behandeling, vertelt Goosen. ‘De kosten van de zorg zijn hoger bij deze doelgroep. En het niet overbruggen van de taalbarrière kost zorgverleners uiteindelijk meer tijd. Onder meer omdat deze patiënten vaker terugkomen. We weten uit onderzoek zelfs dat deze patiënten langer dan gebruikelijk in het ziekenhuis liggen.’

 

Inschatten taalbarrière soms een uitdaging

Soms is het lastig om in te schatten in hoeverre een taalbarrière het bieden van goede zorg belemmert. Als iemand helemaal geen Nederlands spreekt, is dat wel duidelijk. Maar veel patiënten kunnen wel een beetje Nederlands of spreken wat Engels. Als het om concrete, duidelijke gezondheidsklachten gaat, kom je er wellicht nog wel uit met de patiënt. Maar ook in dit geval kan schijn bedriegen. Goosen noemt het voorbeeld van een vrouw die ze zelf begeleidde bij de huisarts. Ze sprak niet goed Nederlands, was gevallen en had pijn in haar pols. De klachten aan haar pols kon ze nog wel benoemen. ‘Maar toen we een tolk inschakelden, werd duidelijk dat hartproblemen mogelijk de oorzaak waren van haar val en dat ze psychische problemen had’ vervolgt ze. ‘Zonder tolk was een dergelijk gesprek met die mevrouw onmogelijk geweest.’

 

Minderjarige kinderen

Op het congres Cultuursensitieve zorg op 13 juni geeft Goosen samen met Yordi Lassooy-Tekle, onder meer tolk en adviseur diversiteit en inclusie, een interactieve workshop over het Omgaan met taalbarrières in de zorg en het sociaal domein. Daarbij gaat het onder andere om de vragen: welke vorm van taalondersteuning is in welke situatie passend? Hoe werk je met een tolk? Wat zeker niet gewenst is, maar helaas nog regelmatig gebeurt, is een minderjarig kind laten tolken. ‘Dat kan echt niet’ benadrukt Goosen. ‘Dat is een té grote verantwoordelijkheid. Bovendien spreken kinderen de talen niet altijd goed genoeg.’

 

Naasten en vertaalapps

Naasten laten vertalen kan, als beide partijen dat willen, wel een oplossing zijn. ‘Maar alleen als het gaat om kleine medische problemen. Want een naaste kan en wil soms niet alles vertalen. En de patiënt wil niet altijd alles kwijt aan de naaste.’ Vertaalapps als Google Translate zijn kwalitatief nog  niet goed genoeg voor gebruik bij moeilijke gesprekken, volgens Goosen. ‘Nederlands-Engels heeft al best een redelijke kwaliteit. Maar Nederlands-Arabisch, bijvoorbeeld, is waarschijnlijk pas over een aantal jaar goed genoeg. Bovendien zijn apps risicovol omdat je al snel privacygevoelige gegevens deelt.’ Een tolk inschakelen, is in vele gevallen het beste alternatief, volgens Goosen: ‘En dat gaat prima via de telefoon. Alleen als het om groepen mensen gaat of slechtnieuwsgesprekken is een tolk op locatie gewenst.’

 

Achterstandsfonds

Wat echter niet alle huisartsen en hun collega’s in de praktijk weten, is dat huisartsenpraktijken in het hele land tolken kunnen inschakelen op kosten van het regionale Achterstandsfonds. En dat je een tolk niet van tevoren hoeft te reserveren, maar ad hoc kunt aanvragen en dan binnen één à twee minuten aan de lijn kunt hebben. Tot slot alvast een praktische tip van Goosen: ‘Praat gewoon met de patiënt en kijk elkaar aan alsof er geen tolk meeluistert. De tolk zal wat gezegd wordt letterlijk vertalen’.

Huisarts en een tolk inschakelen? Kijk op Zo schakelt u een tolk in