Het gebruik van cannabis is de afgelopen jaren sterk toegenomen, maar de langetermijngevolgen voor de gezondheid blijven grotendeels onbekend. Een recente studie uit Californië biedt nieuwe inzichten in het verband tussen cannabisgebruiksstoornis (CUD) en het risico op het ontstaan van mondkanker. De resultaten wijzen op een duidelijke toename van het risico bij patiënten met een CUD-diagnose, onafhankelijk van andere bekende risicofactoren zoals roken.
Onderzoeksopzet en methode
Cohort en gegevensbron
De studie was gebaseerd op medische gegevens van zes academische ziekenhuizen binnen het University of California Health System. Patiënten kwamen in aanmerking als ze tussen januari 2012 en december 2019 een screening op middelengebruik ondergingen en geen eerdere diagnose van lip- of tongkanker hadden. Ze werden vanaf dat moment vijf jaar gevolgd tot en met eind 2024.
Cannabisgebruiksstoornis als blootstelling
CUD werd vastgesteld op basis van nieuwe ICD-9 of ICD-10 diagnosen tijdens de observatieperiode. Deze diagnose wordt doorgaans gekoppeld aan frequent en langdurig gebruik, wat leidt tot een verhoogde blootstelling aan stoffen uit cannabisrook.
Resultaten
Kenmerken van de populatie
Van de 45.129 onderzochte patiënten ontwikkelden 949 een CUD-diagnose. Binnen deze groep kreeg 0,74% een diagnose mondkanker, tegenover 0,23% in de controlegroep.
Risicoverhoging
Na correctie voor relevante factoren bleek CUD geassocieerd met een ruim drie keer hogere kans op mondkanker (gecorrigeerde OR: 3,25; HR: 3,25). Ook onder rokers bleef dit verhoogde risico bestaan. In deze subgroep was het risico zelfs zes keer hoger bij aanwezigheid van CUD.
Mogelijke verklaringen
Toxische blootstelling
Cannabisrook bevat vergelijkbare carcinogenen als tabaksrook, waaronder polycyclische aromatische koolwaterstoffen. De orale mucosa wordt bij het inhaleren direct blootgesteld aan deze stoffen.
Immuunmodulerende effecten
De werkzame stof THC heeft een onderdrukkende werking op zowel het aangeboren als het verworven immuunsysteem. Dit zou mogelijk bijdragen aan verminderde tumorcontrole door het immuunsysteem.
Implicaties voor de huisartsenpraktijk
De bevindingen zijn relevant voor de risicobeoordeling binnen de huisartsenpraktijk. Patiënten met CUD vormen mogelijk een doelgroep voor gerichte mondonderzoeken, zeker als er aanvullende risicofactoren aanwezig zijn zoals roken. Ook kunnen deze gegevens worden meegenomen in voorlichting bij middelengebruik.
Het gebruik van CUD als klinische indicator is praktisch toepasbaar in elektronische patiëntendossiers, al geeft het geen informatie over frequentie of gebruikswijze. Desondanks biedt het een herkenbare groep voor preventieve interventies.
Tot slot
Bij personen met een cannabisgebruiksstoornis is het risico op het ontwikkelen van mondkanker binnen vijf jaar aantoonbaar verhoogd. Deze uitkomst ondersteunt het belang van alertheid op orale gezondheid bij patiënten met middelenproblematiek. Huisartsen kunnen overwegen om bij deze groep gerichter preventief te handelen, bijvoorbeeld door regelmatige inspectie van de mondholte of verwijzing naar de tandarts.