Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

‘Over hormoonsuppletietherapie leven veel verouderde inzichten’

fediverbeek
Nog te vaak onderschatten vrouwen de impact van de overgang. Gynaecoloog Yvonne Louwers pleit daarom voor persoonsgerichte zorg. ‘Als hormonen ook maar een beetje uit balans zijn, hebben ze al een grote impact op het welzijn en het dagelijks leven.’

Opvliegers, nachtzweten, stemmingswisselingen en een kort lontje: het zijn ‘normale’ symptomen van de menopauze. ‘Maar als het lichaam stopt met oestrogenen aanmaken, heeft dat nog veel grotere gevolgen’, vertelt gynaecoloog Yvonne Louwers. Op de poli premature ovariële insufficiëntie (POI) van het Erasmus MC ziet ze vooral vrouwen onder de veertig jaar bij wie de eierstokken niet meer functioneren, maar de impact geldt voor alle vrouwen die in de overgang komen. ‘Naast de invloed op je welzijn en dagelijks functioneren lopen vrouwen ook een hoger risico op hart- en vaatziekten en botontkalking.’

 

Even uit balans

Hormonen vond Louwers altijd al interessant. ‘Ze zorgen voor processen die organen aansturen. Tegelijkertijd geldt dat als ze ook maar een beetje uit balans zijn, dat direct effect heeft. Zowel lichamelijk, geestelijk als sociaal. Toch zien we niet veel vrouwen de link leggen met een vervroegde overgang. Jonge vrouwen denken vaak aan stress of een burn-out. Ook de huisarts denkt bij een onregelmatige menstruatiecyclus en opvliegers bij iemand van 35 niet meteen aan de vervroegde overgang. Het is ook zeldzaam: één op de honderd vrouwen onder de veertig jaar krijgt ermee te maken, en onder de dertig is dat slechts één op de duizend vrouwen.’

 

Wal en schip

Voor Louwers was het de reden om samen met psycholoog Geranne Jiskoot het speciale POI-spreekuur op te zetten. ‘Veel van de jonge vrouwen vallen tussen wal en schip. Soms duurt het lang voordat de klachten worden gerelateerd aan de vervroegde overgang. En is dat het geval, dan krijgen ze – helaas nog niet altijd – hormoonsuppletietherapie en dat is het dan. Terwijl ze vaak ook problemen ervaren op bijvoorbeeld het werk of in hun sociale leven. Maar sommigen hebben ook nog een kinderwens die niet meer vervuld kan worden. We bieden kijken dan welke mogelijkheden er nog zijn of bieden hulp bij omgaan met het verlies van vruchtbaarheid.’

 

Hardnekkig misverstand

Over hormoonsuppletietherapie wil Louwers graag afrekenen met twee hardnekkige misverstanden. ‘Bij veel huisartsen en bedrijfsartsen leeft nog het idee dat hormoonsuppletie het risico op borstkanker zou vergroten. Bij jonge vrouwen is dat sowieso niet het geval: voor hen is de therapie een aanvulling op een tekort. Krijgen ze geen therapie, dan neemt het risico op ziekten en zelfs vroegtijdig overlijden toe. Bij vrouwen die op een normale leeftijd – in Nederland is dat tussen de 50 en 52 jaar – in de overgang komen, is er zo goed als geen verhoogd risico als zij starten in de menopauze, en de hormoonsuppletie niet langer dan tien jaar gebruiken en kiezen voor een transdermale toedieningsvorm. Die zorgt ook voor een stabiele oestrogeenspiegel ten opzichte van orale toediening.’

 

Verouderde gedachte

Een andere verouderde gedachte is dat vrouwen het maar ‘moeten doen’ met het natuurlijk beloop van hun hormoonhuishouding. ‘Laat ik vooropstellen: maak altijd geïndividualiseerd een afweging tussen de voor- en nadelen van hormoonsuppletietherapie. Maar ga er wel over in gesprek. Veel vrouwen lijden in stilte. Soms zijn ze ook zijn bang door de verhalen over het risico op borstkanker. In 2002 is inderdaad een grote studie verschenen waaruit bleek dat de gezondheidsrisico’s van gecombineerd oestrogeen met progesteron groter zijn dan de voordelen bij gezonde postmenopauzale vrouwen.1 Maar de hormonen in die studie zijn in Nederland nooit voorgeschreven voor de indicatie hormoonsuppletie. Ook gebruiken we tegenwoordig bio-identieke hormonen, die zich dus net zo gedragen als lichaamseigen stoffen, in plaats van synthetische hormonen.’

 

Preventieve therapie

Tot slot gaan er ook steeds vaker stemmen op om hormoonsuppletietherapie al preventief in te zetten. ‘Ik ben daar wel een voorstander van’, vertelt Yvonne Louwers. ‘Met name om het risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen omlaag te brengen. De nieuwe NHG-Standaard De Overgang2 noemt hormoonsuppletie niet als preventieve strategie, maar ik vind dat vroeg straten wel degelijk interessant kan zijn. Maar nogmaals: niet bij iedereen, maar bespreek de optie in elk geval als een vrouw met klachten komt of al een risico heeft op hart- en vaatziekten.’

Aan de slag?
Tijdens het congres Het Vrouwenhart op dinsdag 5 maart 2024 geeft Yvonne Louwers praktische handvatten om de juiste, gepersonaliseerde keuzes te maken in de spreekkamer voor vrouwen in de overgang.

Klik hier voor meer informatie en om u in te schrijven!

 

tekst: Naomi van Esschoten