Eén op de drie patiënten kampt met een middelenverslaving. En ongeveer de helft van de Nederlanders heeft matig of ernstig overgewicht. Ondertussen stijgen de zorgkosten de pan uit. Het kabinet zet daarom vol in op leefstijlgesprekken en preventie. ‘Huisartsen doen nu al heel goed werk’, vindt verslavingsarts Thomas Knuijver. ‘Want het probleem is natuurlijk veel complexer en vraagt meer dan alleen een motiverend gesprek. Dat kan frustrerend zijn. Maar met wat tips en tools kun je er meer uithalen én voorkomen dat je erop stukloopt als je iemand niet kunt helpen.’
Net wat meer
Al tijdens zijn studie merkte Knuijver dat hij op zijn plek is in de verslavingszorg. ‘Hier kan ik goed werk verrichten. Ik ben verbonden aan het FACT-team in Arnhem en werkzaam bij IrisZorg in Wolfheze, een kliniek voor mensen ernstige verslavingsproblemen in combinatie met psychiatrische problematiek. Vaak speelt ook een (licht) verstandelijke beperking of niet-aangeboren hersenletsel daar een rol bij. Bij deze patiëntengroepen vraagt communicatie vaak meer dan in een gewoon motiverend gesprek.’
SCEGS-methode
Knuijver maakt dan graag gebruik van ‘socratisch motiveren’ om mensen zelf tot inzicht te laten komen dat er iets moet veranderen. ‘De truc te kiezen voor een bredere insteek met open vragen. Daarvoor zijn verschillende methoden, bijvoorbeeld SCEGS:, een afkorting voor somatisch – cognitief – emotioneel – gedrag en sociaal. Niet alle antwoorden zijn even relevant, maar het zorgt er wel voor dat de patiënt zich meer gehoord voelt. En draagt er weer aan bij dat je een ingang hebt voor een gesprek.’
Glaasje port
Hij geeft een voorbeeld. ‘Een vrouw komt op het spreekuur met een snee. Tijdens het hechten – zo kost het geen extra tijd – vraagt de huisarts hoe ze daaraan komt. Zij vertelt dat ze even was afgeleid door de drukte in het gezin. De huisarts vraagt of het ondanks de drukte wel goed loopt thuis. De vrouw antwoordt met een knipoog dat een glaasje port om 14.00 uur haar enorm helpt. De huisarts kan daarop inhaken en vragen wat ze daarvan vindt en of wat haar omgeving het problematisch vindt.’
Drempel over
De oprechte interesse kan de patiënt over de drempel heen helpen en de opmaat vormen naar een open gesprek over hulp bij minderen of stoppen. ‘Niemand stapt tenslotte de spreekkamer binnen met de woorden dat hij te veel drinkt, rookt of eet. Mensen komen altijd onder de vlag van andere klachten. Zeker bij alcohol drinken mensen soms al jarenlang problematisch: ze zijn niet verslaafd, maar hebben wel problemen als vallen of verzuim.’
Blijf realistisch
Op een niet-veroordelende toon in gesprek gaan, motiveren, mensen perspectief bieden en een luisterend oor hebben, kan veel opleveren. ‘Je kunt bereiken dat mensen meer vertrouwen hebben in de zorg, eerder hulp vragen of zelf aanpassingen doen in hun gedrag.’
Tegelijkertijd waarschuwt Knuijver voor al te veel optimisme. ‘Blijf realistisch in je verwachtingen. Er zijn wachtlijsten, mensen vallen terug in gedrag en ook de verslavingszorg kan niet alles oplossen. Je kunt niet iedereen helpen.’
Jezelf opvreten
Zijn al die motiverende gesprekken dan niet zonde van de energie en – uiteraard – de beperkte tijd die artsen hebben tijdens hun spreekuur? ‘De kunst is om plezier in je werk te houden. In de masterclass gaan we het dan ook hebben over de dialoog met de patiënt, maar ook die met jezelf. Vreet je jezelf op van frustratie? Dan is het de hoogste tijd om een stapje terug te doen. Ook blijven relativeren en lachen is belangrijk. Je kunt boos op jezelf zijn als een patiënt je pillen aftroggelt, of je bedenken dat het manipulatieve gedrag een symptoom is van de ziekte en de patiënt verdomd sluw.’
Meer weten over de lezing van Thomas Knuijver of een van de andere sprekers van de masterclass Dokter en de Dialoog op 16 december 2022? Bekijk hier het programma